Bij champignons bestaan soms twijfels over de waarde op het gebied van gezondheid. Als geen andere groenten kan de champignon schadelijke stoffen bevatten. Ook de manier van champignons kweken roept bij sommige twijfels op wat betreft de aanwezigheid van bacteriën. Champignon is en blijft een paddestoelsoort en met paddestoelen moet je altijd voorzichtig omgaan. Dit betekend niet dat het eten van champignons ongezond zou zijn.
Champignons bevatten tamelijk veel antioxidanten. Antioxidanten bestrijden schadelijk stoffen die in ons lichaam komen en die ziekten kunnen veroorzaken. Een champignon is caloriearm en bevat geen vetten en cholesterol, bovendien zijn champignon zoutarm wat ze geschikt maakt voor mensen die lijnen of mensen die op een zoutarm dieet staan. Ook bevatten champignons veel vezels. Voor vitaminen, mineralen en dergelijke moet men geen champignons als groenten eten. In champignons zit een kleine hoeveelheid ijzer en eiwit. Als bijingrediënt zijn ze meer dan geschikt en voor sommige mensen onmisbaar bij bijvoorbeeld een gebakken biefstuk of als voorgerecht in de vorm van een romige champignonsoep.
Champignons bestaan voor een groot deel uit water. Kastanjechampignons en bruine champignons zijn gezonder dan de witte champignons. Champignons worden gekweekt op paardenmest, in een donkere, vochtige ruimte. In deze omstandigheden kan het voorkomen dat er bacteriën ontstaan ook al is de gebruikte mest vooraf gesteriliseerd. De mogelijkheid op schadelijke stoffen in champignons is aanwezig, nog altijd worden er onderzoeken gedaan naar de gezondheid. Een gevaar voor de gezondheid is er niet als de champignons maar niet rauw gegeten worden. Door de champignons goed schoon te borstelen en vervolgens goed door te koken of te bakken is een eventueel risico op vergiftiging zoals bij menige andere paddestoelen soort zo goed als uitgesloten. Echt voedzaam zijn champignons niet, onmisbaar voor de gezondheid ook niet maar ze zijn ook zeker niet ongezond.