Onder vergeetachtigheid wordt verstaan het zich dingen minder goed kunnen herinneren dan normaal, of dan in het verleden. Vergeetachtigheid kan eveneens geïsoleerd voorkomen of van een meer globale geestelijke achteruitgang deel uitmaken. Men dient vergeetachtigheid te onderscheiden van geheugenverlies (amnesie), dat het helemaal vergeten van dingen inhoudt, of een niet het vermogen hebben om dingen welke tijdens een zekere periode gebeurd zijn te onthouden. Wanneer men zo nu en dan eens wat vergeet is er niets aan de hand, komt dit veel voor dan is een consult bij de huisarts aan te raden.
Een bepaalde mate van vergeetachtigheid, welke iets toeneemt met het vorderen van de leeftijd, met name na het vijftigste levensjaar is heel normaal. Bij ernstiger vormen van vergeetachtigheid kan men door middel van het uitvoeren van een psychologisch onderzoek nagegaan of deze geïsoleerd of als onderdeel van een globalere achteruitgang moet worden gezien. Het kortetermijn-geheugen is bij vergeetachtigheid in de meeste gevallen aanzienlijk erger aangedaan dan het langetermijn-geheugen van dezelfde persoon.
Voorname oorzaken van vergeetachtigheid zijn de ziekte van Alzheimer en multi-infarctdementie. Deze zijn vandaag de dag nauwelijks of niet te behandelen en dikwijls progressief van aard. Er bestaan een aantal neurologische zeldzame tot erg zeldzame oorzaken van vergeetachtigheid te noemen, zoals onder andere de ziekte van Creutzfeldt-Jakob. Er is echter ook een aantal behandelbare oorzaken welke uit dienen te worden gesloten voordat men tot de ziekte van Alzheimer zal gaan besluiten, zoals de normal-pressure hydrocephalus, een proces in de hersenen dat veel ruimte inneemt of hypothyreoïdie.