Een abces is een hoeveelheid pus of etter die zich in een niet eerder bestaande holte heeft verzameld. Etter die in een wel van eerder bestaande holte zit wordt empyeem genoemd. Een abces is nagenoeg in alle gevallen het gevolg van een bacteriële infectie. De bacteriën scheiden namelijk toxinen af en veroorzaken ter plaatse daarnaast het afsterven van cellen en een ontstekingsreactie, welke op zijn beurt weer afweercellen aan zal trekken, welke voor een deel ook weer af zullen gaan sterven. Daardoor ontstaat er in het weefsel een holte die vervolgens gevuld zal worden met de etter. Etter bestaat daarom uit zowel vervloeide dode weefselcellen, dode en levende bacteriën maar eveneens uit dode witte bloedcellen, en dan met name macrofagen.
Overal in en op het lichaam van mens en dier kan een abces voor kunnen komen. Op bepaalde plaatsen kan men echter relatief veel vaker een abces aantreffen.
De behandeling van een abces bestaat in de regel uit het af laten lopen van de etter, door middel van het abces met een toegang die ruim genoeg is open te maken, in de meeste gevallen zal men een dergelijke opening met een steriel mesje creëren (ubi pus evacua), die zal leiden tot zogenaamd pus bonum et laudabile. Dit is in de regel zeer pijnlijk doordat het weefsel dat geïnfecteerd is met een hevigere pijn dan normaal zal reageren op allerlei prikkels. Bij grotere ingrepen zal dit daarom regelmatig onder narcose moeten plaatsvinden. Een lokale verdoving in een geïnfecteerd gebied is ongewenst.