Vooral kleine kinderen verdrinken soms in een kleine hoeveelheid water of in een ligbad. Het is zelfs zo dat bij jongens tussen de 2 en 5 jaar verdrinking de voornaamste doodsoorzaak is. Het komt nogal eens voor dat mensen verdrinken. Dit gebeurt voornamelijk bij kinderen omdat ze niet kunnen zwemmen, maar er zijn ook andere oorzaken die verdrinking kunnen veroorzaken, zoals kramp, onderkoeling, dronkenschap, verwonding, door het ijszakken, misdrijf of zelfmoord. Het is belangrijk om kleine kinderen die niet kunnen zwemmen weg te houden bij (diep) water. Houd altijd toezicht, ook als kinderen zomers in een badje of teil in de tuin zitten. Kinderen kunnen ook daarin verdrinken.
Voor volwassen geldt dat je niet in je eentje moet gaan zwemmen, ook niet op plekken waar veel stromingen voorkomen, zwem niet te ver weg van de wal, ga niet zwemmen onder invloed van drugs of alcohol en zwem nooit te ver de zee in of bij eb. Het verdrinken op zich duurt slechts enkele minuten. De adem wordt ingehouden, maar uiteindelijk hapt de drenkeling toch naar lucht. De longen lopen vol water. Het water wordt opgenomen in de bloedbaan. Het hart kan uiteindelijk het water niet meer rondpompen en er ontstaat een hartstilstand. De hersenen krijgen ook geen zuurstof meer, waardoor de dood intreedt. Hoe kouder het water, hoe langer een drenkeling kans heeft om het te overleven, afhankelijk natuurlijk of er een tijdige redding is. De lichaamsfuncties worden trager waardoor er minder energie wordt verbruikt en ook minder zuurstof.