In het begin heeft het kind een eigen slaapritme, baby’s slapen veel en vaak. De slaap en rust bevorderen de ontwikkeling en groei van de baby, bovendien is een uitgeruste baby een tevreden baby. Hoe ouder het kind wordt hoe minder de noodzaak en behoefte om te slapen. De eerste groeispurt waarin het kind veel energie verbruikte is voorbij en het kind gaat deze energie nu anders invullen. Op de peuterleeftijd is een kind zowel lichamelijk als geestelijk hard aan het werk, een middagslaapje is bij deze groep dan ook hard nodig. De lengte van de slaap is afhankelijk van de peuter, sommige zijn weer fit en actief na een uurtje slaap, anderen slapen een hele middag. Zolang het middag slaappatroon de nachtrust niet verstoord is dit niet erg.
Ongeveer een half jaar voor het kind naar groep een gaat is het belangrijk om met afbouwen van het middagslaapje te beginnen. Het beste kun je ook beginnen met vaste bedtijden, regel is belangrijk voor het kind omdat het straks actief en het liefst vrolijk uit bed moet komen. Gemiddeld genomen slaapt een kind de klok rond. Dit wil niet zeggen dat elk kind dat doet. Net als volwassenen heeft het ene kind soms meer slaap nodig of aan minder slaap genoeg. Of een kind niet genoeg slaapt kun je snel ontdekken, kinderen die ‘s nachts niet genoeg slapen zijn moe bij het opstaan en vallen vaak in de middaguren of rond etenstijd in slaap.