Het hechtingsproces tussen ouders en kind vindt plaats in het eerste levensjaar van het kind, in het tweede levensjaar wordt de band meer bewust door het kind versterkt. Hoewel er vaak wordt gesproken over het belangrijke eerste jaar voor de hechting van het kind zijn veel psychologen en artsen het erover eens dat het hechtingsproces twee jaren duurt. Het hechtingsproces is belangrijk voor zowel de ouders als het kind, beiden moeten via het hechtingsproces een sociale- en emotionele connectie maken. Het kind moet zich veilig en geborgen gaan voelen, jij als ouder moet het kind dit leren en het kind leren begrijpen. Het hechtingsproces vindt plaats door aanraking, verbale en non-verbale communicatie.
Een kind hecht zich aan degene die het meeste contact met hem of haar heeft. Als zuigeling herkent het je stem en geur, later je beeltenis en houding. Vooral tijdens de babytijd zal het kind regelmatig oogcontact met je zoeken en naar je grijpen voor lichamelijk contact. De peuter zoekt duidelijk bescherming en troost bij degene waar de peuter het meest aan gehecht is. De onvertaalbare taal wordt door degene die een goed hechtingsproces doorlopen hebben verstaan en begrepen. Het hechtingsproces is niet alleen belangrijk voor nu maar ook voor later, een kind met een goed hechtingsproces groeit uit tot een sociaal volwassene. Een goed hechtingsproces betekend ook kunnen loslaten, een kind weet dat de ouders weer terugkomen. Met veel geduld en vertrouwen kan men een hechtingsproces herstellen of later starten zoals bijvoorbeeld bij adoptiekinderen nodig is.