Gewichtheffen is een tak van sport waarbij de beoefenaars ervan trachten om zware gewichten op te heffen welke aan stalen staven vast zijn gemaakt. Al sinds de oudheid worden er wedstrijden in het gewichtheffen gehouden. Naar alle waarschijnlijkheid waren deze wedstrijden een onderdeel van de oude Olympische Spelen in Griekenland. Verder is bekend dat wedstrijden in gewichtheffen een discipline van de Olympische Spelen in het jaar 1896 zijn geweest. Het gewichtheffen was in eerste instantie alleen voor mannen bedoeld. Voor vrouwen begon dit pas in de jaren tachtig van de vorige eeuw en werden er wedstrijden voor vrouwelijke gewichtheffers toegevoegd aan het Olympische programma in het jaar 2000.
In het Olympische gewichtheffen van tegenwoordig bestaan een tweetal onderdelen te weten: het zogenaamde trekken en het stoten. Om het eindresultaat van een bepaalde deelnemer te kunnen verkrijgen worden de resultaten van allebei de onderdelen bij elkaar opgeteld.
Trekken is een erg technisch discipline waarin het gewicht in één vloeiende beweging van de grond tot boven het hoofd wordt geheven. Stoten is eveneens erg technisch maar er wordt hierbij verder ook nog eens meer gewicht boven het hoofd geheven dan in welk ander onderdeel dan ook.
De gewichten welke bij het gewichtheffen worden gebruikt zijn bevestigd op een halter die gemaakt is van staal en die van zichzelf al 20 kilo voor mannen en 15 kilo voor vrouwen weegt. De gewichten die eraan worden bevestigd zijn met een laag rubber bedekte schijven vervaardigd van staal, welke met kleurcodes een gewicht aanduiden. Deze gewichten worden op hun plaats gehouden door bevestigingsstukken die elk ook nog twee en een halve kilo wegen. De gelijke gewichten worden op de uiteinden van de halter geplaatst. De deelnemers aan een wedstrijd gewichtheffen trachten op een houten podium een zo zwaar mogelijk gewicht te heffen en te winnen.