Ontstekingen van het alvleesklier (pancreas) uiten zich voornamelijk in de vorm van problemen met de spijsvertering (malabsorptie, diarree) en een tekort aan insuline (diabetes mellitus). Pas op het moment dat circa 90 procent van de alvleesklier vernietigd is doen zich voorname functiestoornissen voor.
Pancreatitis is bijvoorbeeld een niet bacteriële ontsteking door de activering van vrijgekomen verteringsenzymen in de alvleesklier met als gevolg zelfvertering. Andere aandoeningen die de alvleesklier kunnen betreffen zijn onder andere: glucagenppm, insulinoom, gastrinoom, cystadenocarcinoom en pancreaskopcarcinoom.
Pancreatitis ontstaat door een aantasting van het weefsel van de alvleesklier door het eigen spijsverteringssap. Er bestaan overigens een tweetal vormen van pancreatitis, te weten: acute- en chronische pancreatitis. Allebei deze vormen zijn ernstige aandoeningen welke met een heleboel pijn samen kunnen gaan. Er is sprake van een chronische pancreatitis zodra de acute situatie langer duurt dan zes maanden.
Alvleesklierkanker, oftewel pancreascarcinoom, adenocarcinoom van de alvleesklier, is een meer zeldzaam voorkomende vorm van kanker. Een insulinoom is een neuronendocriene tumor welke van de insulineproducerende bčtacellen uitgaat in de alvleesklier. Deze bčtacellen liggen in de zogenaamde eilandjes van Langerhans. Zo’n insulineproducerende tumor gedraagt zich autonoom. Daardoor wordt er meer insuline afgescheiden dan dikwijls noodzakelijk is. Met medicatie zijn de klachten wel te beďnvloeden maar als definitieve oplossing is een verwijdering van de tumor door een chirurg nodig.
Een gastrinoom is een tumor in de alvleesklier die een overmatige hoeveelheid gastrine produceert. Gastrine is een hormoon dat de maag tot de aanmaak van enzymen en zuur aanzet en daardoor ulcera peptica zal veroorzaken.