Het is heel normaal dat je kind op een gegeven moment alleen dingen wil gaan doen. Het wil niet meer constant verantwoording afleggen en zelf ook beslissingen nemen. Het langzaam loslaten van de ouders begint. Het kind krijgt een onafwendbare drang naar onafhankelijkheid van de ouders. Het begin van deze fase is vaak als het kind naar het vervolgonderwijs gaat. De inmiddels tot puber opgegroeide jongere leert daar zelfstandigheid. Ze moeten zelf de roosters volgen, nakijken wat ze moeten leren, een studieplan opstellen enzovoorts. Deze zelfstandigheid geeft ze zelfverzekerdheid en dit willen ze doortrekken naar de thuissituatie. Vooral voor ouders kan het moeilijk zijn het “kind” los te laten. Het is een natuurlijk instinct om te willen helpen en beschermen.
Hoe moeilijk het ook is en hoe vaak je ook zult moeten slikken, het is belangrijk om deze drang naar onafhankelijkheid te ondersteunen. Je puber is nog maar een paar jaar verwijdert van zelfstandigheid en moet daar op voorbereid zijn. De moeilijkste taak van het opvoeden ligt voor je klaar als je “kind” op eigen benen wil staan. Je moet hem of haar gedeeltelijk loslaten, vertrouwen hebben in je kind en je eigen opvoeding. Natuurlijk heb je bij een tiener nog wel regels maar deze zullen steeds meer vervagen. Ze gaan alleen op vakantie, nemen deel aan volwassen gesprekken en leren een volwassen leven te leven. Ze komen thuis met nieuwe liefdes tot ze die ene gevonden hebben waarmee ze helemaal zelfstandig gaan wonen en leven.