De onderarm is het deel van de arm dat tussen de elleboog en de pols zit. De belangrijkste botten in de onderarm zijn het spaakbeen en de ellepijp. Het spaakbeen zit aan de kant van de duim de ellepijp aan de kant van de pink. We kunnen de onderarm alleen maar bewegen omdat deze verbonden is met het ellebooggewricht en het polsgewricht. De botten zijn weer met elkaar verbonden door bindweefselvlies. Omdat we als reactie afweren en opvangen met onze armen breken we vaak bij een val onze onderarm.
Een botbreuk in de onderarm is een langdurige geschiedenis. Doordat ze met elkaar verbonden zijn breek je vaak beide botten tegelijk. Een breuk van alleen de ellepijp kan gebeuren als men de arm gedraaid houdt zoals men doet bij verdediging. Als men de onderarm heeft gebroken worden er altijd röntgenfoto’s gemaakt om te kijken of het bot nog in de kom zit. Het herplaatsen van de botten moet precies gebeuren. Het herstel neemt maanden in beslag. Gemiddeld moet men acht weken in het gips daarna is eveneens gemiddeld acht weken therapie nodig. Bij kinderen wordt kindermishandeling nooit uitgesloten als slechts de ellepijp is gebroken, maar ook beide botten is reden om het kind meermalen te laten vertellen wat er is gebeurt. Een niet kloppend of duidelijk ingeprent verhaal is reden voor verder onderzoek. Als liefhebbende ouders hoef je jezelf geen zorgen te maken. Je kunt alleen maar blij zijn dat er aandacht wordt besteedt aan de veiligheid van een kind.