Zindelijkheid is het in staat zijn de eigen natuurlijke behoefte te beheersen. Iedereen ervaart een prikkel om te zorgen voor ontlasting in de vorm van urine of ontlasting. Al op jonge leeftijd leren we om bewust te worden van deze prikkel en dan naar het toilet te gaan. Voor kinderen betekent het, dat ze moeten leren om op het potje of naar de wc te gaan. Meestal gebeurt dat bij kinderen van ongeveer twee à vier jaar, maar het is niet ongebruikelijk dat kinderen ook op latere leeftijd luiers dragen. Niet alleen kinderen, maar ook jonge dieren zoals honden en katten leren zindelijk te worden.
Hondjes worden regelmatig uitgelaten en leren in een vroeg stadium vaak hun behoeften op een krant te doen. De huiskat zal geleerd worden de kattenbak te gebruiken en zo jong als ze zijn zullen ze altijd hun behoeften bedekken. Zindelijkheid is nodig om te zorgen dat onze afvalstoffen geen ziektes verspreiden. Een kind is er klaar voor om zindelijk te worden als ze hun eigen ontlasting vies begint te vinden. We kunnen het een handje helpen. Leg uit hoe een wc werkt en laat het zelf de wc eens doorspoelen. Het kind kan ook spelenderwijs worden getraind door bijvoorbeeld eerst een pop op het potje te laten zetten. Heeft een kind iets op een potje gedaan, ga dan met het kind en het potje naar de wc om de inhoud weg te spoelen. Zindelijkheidstraining is weliswaar belangrijk, maar maak er nooit een probleem van.