Veel mensen die lichaamsvet willen kwijtraken door aan fitness te doen, zoeken hun heil bij cardiofitness. Bij intervaltraining doet men de oefeningen in verschillende snelheden. Korte uitbarstingen van energie worden dus afgewisseld met periodes met een lagere afgifte van energie.
Wanneer men cardiofitness beoefent in een constante snelheid dan verbrandt men alleen calorieën op het moment dat men aan het fitnessen is. Daarentegen bij een intervaltraining wordt het metabolisme op een dusdanige wijze gestimuleerd dat het lichaam eveneens na de oefeningen nog altijd calorieën blijft verbranden. Met andere woorden: door regelmatig aan cardiofitness te doen, zal het metabolisme verhoogd worden en zelfs tussen twee trainingssessies in werking blijven. Bij intervaltraining maakt men gebruik van fitnessapparaten zoals bijvoorbeeld de hometrainer, de roeitrainer, de loopband en de crosstrainer.
Het beoefenen van intervaltraining heeft dus een aantal voordelen ten opzichte van andere methodes om het lichaam in vorm te krijgen. Men verbrandt bijvoorbeeld sneller en meer calorieën (wel zo’n twee tot drie maal meer dan bij een gewone cardiotraining) en is eveneens een goede training voor de longen. Verder blijft het metabolisme gedurende en na de oefening werken en zijn de oefeningen afwisselend en plezieriger om uit te voeren. Doordat de training minder lang duurt in vergelijking tot de traditionele cardiotraining kunnen meer mensen de training in hun drukke leefschema inpassen.
Steeds wanneer men een intervaltraining uitvoert dan gelden hiervoor dezelfde regels. Warm vijf minuten op in een rustig tempo en sprint vervolgens 15 tot 30 seconden zo hard als men kan door zich helemaal te geven. Daarna volgt een onderbreking van twee minuten waarin men langzaam beweegt. Dit dient men zo’n zes tot acht keer te herhalen en uiteindelijk sluit men af met een cooling down van tien minuten langzaam bewegen. Bij volgende trainingen kan men de oefeningen steeds wat langer maken.