Botten zijn verharde delen van het lichaam waar kraakbeen verkalkt is. Hierbij is het bot een stevig weefsel met vooral de functie stevigheid in het lichaam. In het lichaam zijn er dan ook vele andere belangen bij botten. Zoals men misschien wel weet zijn botten er ook voor om de bloedcellen te produceren, middels het beenmerg dat zich midden in de botten bevindt.
Botten zijn holle organen met middenin het aanwezige beenmerg. Hieromheen zit dus botweefsel. Botweefsel bevat weinig cellen en veel matrix. Dat wil zeggen dat de matrix erg hard is en dit kan breken. De bottencellen zelf zorgen voor het onderhoud van de matrix, dus de cellen vernieuwen de matrix.
Nu kan er altijd iets gebeuren. Men kan vallen, ergens tegen aan slaan of een ander soort ongelukje krijgen waardoor er een bot in het lichaam de kracht niet op kan vangen en kan breken.
Wanneer en bot breekt betekent het dat het bot de kracht niet aan komt, of het bot is berekend op een kracht vanuit een andere kant, bijvoorbeeld van bovenaf. De botstructuur is zo gemaakt dat men de dagelijkse krachten het beste kan weerstaan, dus wanneer er een ander soort kracht, of een uitzonderlijk grote kracht op het bot werkt kan het bot het begeven en breken.
Botten breken het meest snel wanneer deze het meest verkalkt zijn en genezen dan ook het meest langzaam. Dit komt door de aanwezigheid van de hoeveelheid cellen, want hoe verder botten verkalken, des te fragieler deze worden.