Er is sprake van een darminvaginatie op het moment dat een gedeelte van de darm in het erop volgende gedeelte van de darm schuift. Ten gevolge van deze darminvaginatie zal er een afsluiting van de darm (ileus) ontstaan. De doorstroom van het voedsel door deze darm wordt daardoor op een ernstige wijze belemmerd. Een darminvaginatie kan vanzelf weer weggaan, doordat de darm vanzelf weer terugschuift. In sommige gevallen kan een darminvaginatie eveneens met tussenpozen optreden.
Wanneer een darminvaginatie een wat langer aanhoudt dan kan het ingeschoven gedeelte van de darm af beginnen te sterven. Dit komt met name doordat de toevoer van bloed naar dat gedeelte van de darm wordt belemmerd in een ernstige mate. Er zal in zo’n geval dan een tekort aan zuurstof ontstaan. Door het afsterven van een gedeelte van een darm zal er een levensbedreigende situatie ontstaan en snel medische ingrepen noodzakelijk om de patiënt in leven te kunnen houden.
Darminvaginaties komen met name voor bij jonge kinderen in de leeftijd van drie en twaalf maanden. Verder zal het vaker bij jongens dan bij meisjes ontstaan. Een darminvaginatie komt in de meeste gevallen voor op de overgang van dunne darm naar dikke darm. Daarbij schuift een deel van de dunne darm in het eerste stuk van de dikke darm. Darminvaginatie kan echter ook op een andere plaats in de dunne darm optreden. In de dunne darm komen dan meestal op meerdere plaatsen tegelijkertijd darminvaginaties voor. Bij oudere kinderen en bij volwassenen komen darminvaginaties slechts weinig voor.