Dysmaturiteit is een moeilijk woord dat men misschien doet vermoeden dat het iets te maken heeft met volwassenen, maar niks is minder waar, want het heeft namelijk helemaal niks te maken met volwassenen. Het gaat juist over kleine en pasgeboren baby’s.
Dysmaturiteit is een verschijnsel dat zich voordoet bij de geboorte. Bij de geboorte is er een bepaalde tijd verstreken, namelijk de zwangerschapsduur, en hierbij hoort een baby naar behoren te groeien. Wanneer dit dus niet het geval is dan kan de baby te klein zijn in verhouding tot de zwangerschapsduur. Een baby die dit ondervindt wordt ook wel een dysmatuur genoemd. Hierbij kan men een dergelijk kindje herkennen aan het magere buikje en een relatief groot hoofd.
Hierbij zit een groot verschil tussen primaturen, ofwel te vroeg geboren baby’s, want deze hebben nog niet volledig ontwikkelde organen en bij dymaturen is er geen sprake van onderontwikkelde organen.
Bij deze baby’s is er sprake van risico’s op ziekten. Na de geboorte kunnen deze kinderen ziekten ontwikkelen als ADHD, autisme, geestelijke handicap, maar soms ook wel eens een lichamelijke handicap. Deze vormen komen voort uit de ondervoeding van de baby. De risico’s die een dysmatuur loopt na de geboorte zijn: een zuurstoftekort bij de bevalling, een te laag bloedsuiker gehalte en hij of zij kan zich nog erg moeilijk warm houden.
Een dysmatuur kan ontstaan door: een verminderde toevoer van bloed uit de placenta, meerlingen, middelengebruik van de moeder, Patau-syndroom, ondervoeding en stress. Na de bevalling is een couveuse de oplossing.