Daltononderwijs is nu nog een relatief onbekend begrip. Veel mensen zullen hier dan ook amper van gehoord hebben of zelfs nooit van gehoord hebben. Daltononderwijs houdt in dat kinderen vrijheid krijgen. Ze mogen zelf grotendeels alles regelen en plannen. Er zijn daarom heel erg veel verschillen met de meer gangbare onderwijsvormen. Dit onderwijs, het daltononderwijs, gaat uit van verschillende punten, namelijk de volgende drie: Zelfstandigheid, vrijheid en gebondenheid en samenwerken.
De zelfstandigheid wordt in mate geboden, maar is veel meer aanwezig dan bij andere onderwijsvormen. Men kan hierbij zelf dingen plannen, zelf zorgen dat taken afkomen en dergelijke ideeën.
Bij de vrijheid en gebondenheid wordt bedoeld dat de kinderen zelf meer keuzevrijheid hebben. Ze mogen namelijk zelf kiezen wat er geleerd moet worden. Deze leermethode heeft natuurlijk wel grenzen, want er is een beperkte keuzemogelijkheid, maar deze is er wel en dat ontbreekt heel vaak in het standaard onderwijs, want hier is er weinig keuzemogelijkheid.
Als laatste standpunt gaat men uit van samenwerken. Op deze scholen wordt de samenwerking tussen de kinderen als erg belangrijk bevonden. De kinderen zullen veel samen moeten werken en veel zelf, of in groepen op moeten lossen.
De naam Dalton komt af van een Amerikaanse lerares Helen Parkhurst. Deze vrouw heeft enkele standpunten bedacht en wilde deze invoeren, omdat zij ze erg belangrijk vond. Ze heeft hiervoor experimenten gedaan en dat heeft onder andere plaats gevonden in Dalton, Pitsburg en New York. De Daltonschool wordt in de Verenigde Staten ook ‘The University for children’ genoemd.