Een kookplaat in de keuken is onmisbaar. Er bestaan verschillende typen kookplaten.
De meest bekende is wel de gaskookplaat, waarbij wij door de gastoevoer te maken hebben met zichtbare vlammetjes. Naast (aard)gas is er ook butaan, die in grote metalen flessen wordt verkocht.
De gas kookplaten zijn in vele soorten en maten verkrijgbaar. Tegenwoordig vaak met meer dan vier pitten, een wok afdeling en andere snufjes, die weliswaar niet op gas werken, maar wel een onderdeel van het gasfornuis vormen.
Vaak zit er onder de gasplaat een elektrische oven. Voor een gaskookplaat worden er geen aparte eisen gesteld aan uw kookpannen. De elektrische kookplaat kan het klassieke model zijn waarbij je ronde metalen schijven ziet of de keramische kookplaat. Bij beiden modellen wordt de elektriciteit in een weerstand omgezet in warmte. Deze warmte heb je nodig om de pan met inhoud te verwarmen. Een pan met een dikkere bodem is gebruikelijk bij het koken op een elektrische kookplaat. De plaat kan laag en hoog gezet worden, maar hou er rekening mee, dat de warmtebron langzamer de gewenste temperatuur krijgt. Het is dus zaak tijdig de warmtebron te verminderen.
De meeste mensen moeten wennen aan het koken op een elektrische kookplaat. Eenmaal er aan gewend, zijn ze over meestal zeer enthousiast. Tot slot hebben we de inductiekookplaat die zelf niet warm wordt. Bij inductie koken hoef je dus niet bang te zijn dat je kinderen zich aan de plaat kunnen verbranden, alleen aan de pan.. Wel heb je voor deze plaat speciale inductiepannen nodig, waarbij ferromagnetisch materiaal in de panbodem is verwerkt. Een gewone pan wordt meestal niet warm wanneer deze op de kookplaat wordt gezet. De meeste inductiekookplaten zijn afgedekt met een glas-keramiek plaat die gemakkelijk schoon te houden is. Het vuil hecht zich slecht aan deze platen.