Een aangezichtsverlamming komt af van de aangezichtszenuw. Men heeft er twee, zowel een voor de linkerhelft van het gezicht, als voor de rechterhelft van het gezicht. Wanneer een van deze twee zenuwen verlamd raakt kan men dus spreken van een aangezichtsverlamming ofwel een verlamming aan de nervus facialis.
Deze twee zenuwen zorgen dan ook voor het besturen van het aangezicht, vooral de mimiek ervan, maar dat niet alleen, want ook het openen en sluiten van de ogen wordt hierdoor geregeld. Deze twee aangezichtszenuwen komen door een klein gaatje uit de schedel en gaat dan langs allerlei klieren, maar in de speekselklier wordt de zenuw gesplitst en gaan de vertakkingen hun eigen weg. De meeste zenuwen hiervan vertakken zich en gaan naar verschillende spieren in het gezicht en een kleine aftakking gaat naar de tong toe en zorgt daar voor de smaakbeleving.
Doordat de zenuw door een dun kanaaltje moet door de schedel en door een kanaaltje dat relatief lang is en van bot gemaakt, kan het erg snel vernauwd raken. Bij een beschadiging van het hoofd of de zenuw zelf kan het voorkomen dat de zenuw beschadigd en niet goed meer werkt. Naast de mindere werking of de totale verlamming van het aangezicht kan men ook oorpijn krijgen.
Het kan zowel komen door een infectie als door letsel, maar net zo goed door bijvoorbeeld gordelroos of de ziekte van Lyme. Ook kan het ontstaan door tumoren of andere gezwellen. Zo kan een oorontsteking ook een oorzaak zijn van een aangezichtsverlamming.