Als kinderen suikerziekte krijgen is dit hoofdzakelijk de vorm diabetes 1. Bij diabetes 1 maakt de alvleesklier te weinig of bijna geen insuline meer aan. Door deze storing ontstaat er een glucose tekort in de lichaamscellen. Het afweersysteem werkt niet meer en de lichaamscellen worden aangevallen waardoor het kind regelmatig infecties krijgt. Diabetes 1 kan een erfelijke eigenschap zijn.
Kinderen met suikerziekte kunnen zich algemeen niet lekker voelen, ze zijn door de strijd binnen hun lichaam ontzettend moe. De kinderen hebben constant dorst en honger maar verliezen toch gewicht. De gang naar het toilet omdat ze moeten plassen gebeurt opvallend vaak. De meeste kinderen die deze vorm van suikerziekte krijgen zijn tussen de vier en vijf jaar oud. Bij kinderen met suikerziekte verdwijnen de gezonde blosjes op de wangen, ze worden steeds bleker zelfs de kleur van de lipjes wordt lichter. De symptomen openbaren zich in een korte tijd.
Als een kind met het vermoeden van suikerziekte bij de huisarts komt gaat de diagnose meestal razendsnel omdat het belangrijk is dat het kind zo snel mogelijk de goede behandeling krijgt. Meestal geeft een bloedonderzoek de nodige informatie maar soms is ook een beenmergpunctie nodig om het glucosegehalte vast te kunnen stellen. Door het toedienen van insuline wordt het suikergehalte van het kind terug op peil gebracht Dit gebeurt meestal door middel van injecties of insulinepomp. De meeste kinderen leren zelf de insuline toe te dienen. De behandeling duurt twee jaar daarna is bijna 80% van de kinderen genezen.