De dunne darm bestaat uit de twaalfvingerige darm, de nuchtere darm en de kronkeldarm, de dunnen darm is zo’n vijf meter lang. Het eerste deel is de twaalfvingerige darm , dit deel komt direct na de maag, tussen de maag en darm zit een kringspier deze zorgt voor de doorgang van het voedsel. De twaalfvingerige darm is vijfentwintig centimeter. De afvoer van de galblaas en alvleesklier komen uit in de twaalfvingerige darm. De twaalfvingerige darm gaat over in de twee meter lange nuchtere darm die weer overgaat in de kronkeldarm van drie meter.
In de dunne darm wordt het voedsel gemengd met spijsverteringssappen, uit het voedsel worden voedingsstoffen opgenomen die via het bloed verspreid worden over het lichaam. Het resterende voedsel wordt door een langzaam voortduwende beweging naar de dikke darm geschoven. De snelheid van het verwerkingsproces hangt af van de voedselstoffen die verwerkt moeten worden, koolhydraten gaan sneller dan vet.
In de dunne darm vindt het grootste deel van de vertering plaats, de spijsverteringsenzymen die worden toegevoegd zorgen ervoor dat belangrijke voedingsstoffen zoals onder andere eiwitten, vitaminen en mineralen worden opgenomen. Het grootste deel van de voedingsstoffen is opgenomen in de nuchtere darm. De kronkeldarm zorgt voor de opname van de vitamine B12, bij uitval van de nuchtere darm neemt de kronkeldarm de functie van de nuchtere darm over. De dunne darm heeft een groot aanpassingsvermogen, bij uitval neemt het resterende stuk darm de verwerking van voedselstoffen over zodat het proces zonder problemen door kan gaan.