Een normale hartslag heeft bij een volwassen mens, die in een toestand van rust verkeerd, ongeveer een frequentie die ligt tussen de 60 tot de 100 slagen per minuut. Het hart van een getraind sporter in rust kan hier aanzienlijk onder zitten (45 hartslagen per minuut). Bij een situatie van inspanning, angst of stress kan de hartslag bij een gemiddeld mens wel tot boven de 200 slagen van het hart per minuut op gaan lopen.
Een vuistregel om de maximaal haalbare normale hartslag te kunnen bepalen is als volgt: 220 vermindert met de leeftijd van de persoon in jaren. Voor sporters met een lange sportgeschiedenis dient men 220 te vervangen voor 210 en dan eveneens de leeftijd in jaren daar vanaf te trekken.
De hartslag is dynamisch zal zich snel aan de behoeften van het lichaam aanpassen. Als het hart niet op een normale wijze klopt, zoals dat normaal is in bepaalde omstandigheden, namelijk. te snel, te traag, of op een onregelmatige manier dan spreekt men van een hartritmestoornis (ook wel afgekort tot ritmestoornis).
Hoewel het hart niet voor elke samentrekking een signaal van buiten af nodig heeft kan de frequentie van het samentrekken niet alleen geremd maar ook versneld worden door een groot aantal externe factoren, waaronder hormonale (en dan vooral adrenaline) en eveneens signalen die door de zenuwen, met name door de nervus vagus over worden gebracht.
Vermoedt men dat er iets niet in orde is met de hartslag dan is het verstandig om een arts te contacten.