Bij glaucoom wordt dikwijls eerst gekozen voor behandeling met oogdruppels. Hierbij prefereert de combinatie maximaal oogdruk verlagend effect met minimale bijwerkingen. Er zijn oogdruppels die de hoeveelheid oogvocht verminderen, er zijn er ook die het afvloeien van oogvocht bevorderen. Op regelmatige tijdstippen (een of meerdere keren per dag) dienen de oogdruppels in het oog te worden aangebracht. Wordt het een keer vergeten, of gebeurt het op een later tijdstip dan gewoonlijk dan kan dat leiden tot grote gevolgen voor de algemene gezondheidstoestand (versnelde hartslag). Oogdruppels kunnen ook bijwerkingen veroorzaken zoals rode ogen, maar eveneens astma en cardio-vasculaire aandoeningen.
Echter ook Acetazolamide tabletten, die het enzym koolzuuranhydrase remt, waardoor het oogvocht vermindert en de oogdruk daalt en een eventuele laserbehandeling horen tot de mogelijkheden. De verschillende soorten laserbehandelingen reduceren alle de oogvocht-productie of bevorderen de oogvochtafvoer. Bij sommige laserbehandelingen wordt een kleine insnijding gemaakt in het weefsel als extra afvoermogelijkheid, bij andere wordt een deel van het natuurlijke filter (trabeculum) weggenomen en weer andere behandeling richt zich op het wegbranden van het weefsel dat verantwoordelijk is voor de productie van oogvocht. Laserbehandeling is niet altijd definitief. Soms moet een nieuwe ingreep uitgevoerd worden.
Leveren voorgaande mogelijkheden niet het gewenste resultaat op dan kan oogdruk- verlagende operatie (filtrerende operatie/trabeculectomie) worden verricht, waarbij een gaatje in de iris wordt gemaakt om het inwendige oogvocht een extra afvoermogelijkheid te geven. Wanneer uiteindelijk alle voornoemde mogelijkheden de oogdruk nog onvoldoende verlagen om verslechtering van het gezichtsveld te verhinderen, kan gekozen worden voor een glaucoominplant.