Op verschillende spaarrekeningen moet men roerende voorheffing betalen. De verschillen in deze roerende voorheffing kunnen gaan van nul naar verschillende procenten over het gespaarde bedrag. Om precies te weten welke spaarvorm het beste is moet men op de hoogte zijn van de wet. Wat mag je waar sparen, wanneer betaal je roerende voorheffing en hoeveel moet men betalen.
De veiligste manier van sparen is voor veel mensen de normale spaarrekening, men is vrij om te storten en opnemen wanneer men wil en men weet vooraf hoeveel rente men ontvangt. Op een spaarboekje heeft men een bovengrens van 1660 euro voor alleenstaanden en 3320 euro voor gehuwden of samenwonenden. Blijft men onder deze bedragen dan is het spaargeld belastingvrij, slechts een cent boven het bedrag levert u een roerende voorheffing op van maar liefst vijftien procent.
Bij het termijn sparen moet men altijd een roerende voorheffing betalen maar hier is de rente hoger dan bij een normale spaarrekening. Hoe langer de looptijd van de termijn spaarrekening hoe hoger de rente wordt. Deze rente werkt vooral bij mensen die hun geld niet direct nodig hebben in het voordeel. Ook al moet met een roerende voorheffing betalen de winst is door het hoge rendement vaak hoger. Sinds een juli mogen Belgische gemeenten geen roerende voorheffing meer rekenen als dat in een ander EU land al is opgelegd. Voor mensen die verwachten boven de bovengrens uit te komen van vrijstelling roerende voorheffing is vooraf informatie vragen bij verschillende banken de moeite waard.