Dyslexie is in de volksmond ook bekend onder de benaming woordblindheid. Dyslectie is een term welke in de wetenschap toe wordt gepast in het geval van ernstige problemen met het kunnen lezen van woorden . Over de achterliggende oorzaken is er nog een helboel discussie aan de gang maar in de meeste gevallen neemt men aan dat de basis van dyslectie , als leerprobleem, gevormd wordt door een dysfunctie in de fonologische verwerking van taal. Er zijn sterke aanwijzingen dat de erfelijkheid eveneens een rol speelt bij het ontstaan van dyslexie.
Hoewel de term dyslexie nog altijd een onderwerp van discussie is, zijn er erg sterke aanwijzingen dat onverwachte leesproblemen bij kinderen het gevolg kunnen zijn van taalstoornissen in het fonologisch gebied. Uit onderzoek is gebleken dat dyslectische kinderen niet enkel moeite hebben met lezen, maar eveneens met het goed begrijpen van de gesproken taal. Dit laatste zou wellicht te maken kunnen hebben met stoornissen in het zogenaamde verbale werkgeheugen. Kinderen met leesproblemen hebben dikwijls eveneens een heleboel psychosomatische problemen. Klachten als hoofdpijn en problemen met zien worden als normaal ervaren. Met een gedetailleerde beschrijving per individueel geval samen met de familiegeschiedenis kunnen dyslectische problemen worden ontdekt.
Klinische (behandelings-)ervaringen tonen aan dat het met betrekking tot dyslexie niet juist is om af te wachten en dan te zien hoe een bepaald kind zich zal ontwikkelen. Een vertraging bij het leren lezen kan namelijk snel veranderen in een behoorlijke leesstoornis op het moment dat er niets aan de situatie wordt gedaan.