Bij constatering van difterie is een snelle behandeling van levensbelang. Aan het begin van de incubatietijd wordt difterie vaak verward met verkoudheid of griep. Belangrijk is alertheid betreffende de signalen. Is er difterie in de omgeving, een abnormaal snelle hartslag, hoe klinkt de hoest en dergelijke. De incubatietijd bij difterie is een tot vier dagen. Besmetting met de difterie bacterie gebeurt door de lucht via hoesten.
Neem bij twijfel contact op met de huisarts of huisartsenpost. Leg vooral de manier van hoesten uit, dit is vaak een doorslaggevende aanwijzing voor de arts. Bij het vermoeden van difterie of bij constatering wordt men opgenomen op de intensive care afdeling van het ziekenhuis. Niet alleen is men besmettelijk voor anderen, ook aan de behandeling zijn risico’s verbonden. Bovendien moet een patiënt met difterie constant in de gaten worden gehouden omdat verstikkingsgevaar bestaat.
Op de intensive care wordt gestart met een antibiotica en antitoxine behandeling. De antibiotica moet de bacterie doden en de antitoxine moet het gif dat door de bacterie is verspreid voor zoveel als mogelijk bestrijden zodat de gevolgen beperkt blijven. Op de antitoxine kunnen reacties ontstaan. Het beste kan men proberen difterie voor te blijven door de kinderen tijdig te laten vaccineren. Difterie is in een lichtere vorm weer gesignaleerd, kinderen die ingeënt zijn lopen minder risico deze ziekte te krijgen dan kinderen die niet ingeënt zijn. Het kleine risico dat soms bij vaccinaties kan ontstaan weegt niet op tegen het gevaar van difterie en andere ingrijpende ziekten.