Veel mensen doen buikspieroefeningen op een onjuiste manier. Het eerste wat er misgaat is de plaatsing van de handen (die gevouwen worden) achter het hoofd. Men gaat aan het hoofd trekken en op die manier proberen de rug van de vloer te trekken (men werkt dus met de armen in plaats van met de buik). Een basisregel is dat de handen elkaar niet mogen aanraken wanneer deze achter het hoofd zijn gevouwen. Beter is het om de vingers aan de zijkanten van het hoofd te plaatsen en deze alleen als een ondersteuning te gebruiken voor de nekspieren.
Een ander probleem wordt gevormd door de onderrug. Veel buikspieroefeningen leggen veel spanning op de onderrug. Zodra men spanning voelt op de onderrug is het raadzaam om te stoppen. Er bestaan genoeg buikspieroefeningen, die geen spanning op de onderrug zullen zetten. Het belangrijkste is dat men beter wordt van de fitness en daarentegen niet achteruit zal gaan door het oplopen van een blessure (en dan zeer zeker niet een blessure aan de onderrug). Aangeraden wordt dan ook om ten alle tijde een matje te gebruiken bij de grondoefeningen voor de buik (naar dit geldt uiteraard ook voor andere soorten grondoefeningen).
De buikspier kan, door de snelle herstelperiode, elke dag worden getraind. Het trainingsprogramma kan hierdoor met vier tot vijf keer per week trainen beginnen (dit hangt af van hoe snel men vorderingen maakt of wil gaan maken) gedurende de eerste drie maanden. Hierna komt het enkel aan op het onderhouden van de buikspieren.