Klachten die horen bij RSI zijn toegeschreven aan onder andere het gebruik van een computermuis, met als gevolg een muisarm, of het spelen met andere apparatuur met als gevolg de sms-duim en de Game-boy-duim. Andere problemen kan men terugvoeren naar ondermeer het doorvoeren van de boodschappen langs de kassascanner of aandoeningen door het tennisspelen (tenniselleboog). Intensief gebruik van een muis en een toetsenbord was in een bepaald onderzoek dat gehouden werd onder 6943 computergebruikers de belangrijkste voorspeller van klachten aan de onderarm, maar de klachten kwamen desondanks in één jaar maar bij 1,3 procent van de deelnemers voor. Naast de soort bewegingen die men op het werk maakt was er verder nog een duidelijk hogere kans op dit type aandoeningen bij personen die meer werkstress ondervinden en maar weinig sociale steun hadden.
Het gebruik van drie fases om de mate van de ernst van de klachten of de problematiek aan te kunnen geven is al behoorlijk ingeburgerd bij zowel de mensen die lijden aan RSI als bij de behandelaars. Deze veel toegepaste indeling zou echter niet altijd even duidelijk zijn vastgelegd en zou er geen duidelijke link bestaan tussen de diverse fases en de prognose van de klachten.
Wel onderkent men het bestaan van de diverse gradaties van ernst van de RSI-klachten. Beginnende klachten worden getypeerd door de symptomen zonder dat sprake is van problemen op het gebied van participatie. In het tweede stadium staan deze problemen centraal en ten slotte is er een fase waarin chronische pijnklachten zullen overheersen.