Omdat er zoals we allemaal weten een grote aanwezigheid van veen- en kleigrond is in Nederland is de ondergrond vaak niet stevig genoeg om er rechtstreeks op te bouwen. Daarom is de fundering van gebouwen in Nederland in de meeste gevallen anders dan in vele andere landen. Het is begrijpelijk dat de draagkracht voor een bouwwerk bij zandgrond of een rotsachtige ondergrond veel groter is. Als er in Nederland een huis, flat of ander gebouw wordt gebouwd komt het op een vloerplaat te staan om verzakking te voorkomen.
De vloerplaat die gebruikt wordt voor zwakke ondergronden is dus in feite een soort fundering. Het plaatsen van de vloerplaat is een nauwkeurig werk omdat de vloerplaat volkomen horizontaal moet komen te liggen, zou dit niet het geval zijn dan zou er onherroepelijk scheef gebouwd worden. Een vloerplaat voor zwakke ondergronden is vervaardigd uit dubbel gewapend beton, wat inhoudt dat er een net met staven uit staal inzitten. Dat geeft de vloerplaat en daarmee ook de ondergrond extra stevigheid. Dat een vloerplaat een goede dikte moet hebben, ligt bij onze grond en het gewicht van een gebouw voor de hand. De platen zijn minstens 30 cm dik.
Omdat een woonhuis of een gebouw vaak meer dan een verdieping heeft, moeten er meerdere vloerplaten gelegd worden. In dit geval dienen de vloerplaten als scheiding tussen de verdiepingen. Ook dan is het weer zaak dat de vloerplaat volledig horizontaal ligt. Er is hiervoor een bekisting nodig waarin het beton gestort wordt. De bekisting bestaat meestal uit puin, folie of gestabiliseerd zand en heeft op dat moment de functie van een mal. Als het beton door en door droog is, wordt de bekisting weer verwijderd. Ook als de vloerplaten rechtstreeks met de bodem in aanraking komen, wordt er een bekisting gemaakt.