In het medische jargon wordt een te snel werkende schildklier hyperthyreoïdie genoemd. De schildklier is vaak vergroot bij mensen met een schildklier die te snel werkt. Dat is zichtbaar aan een verdikking die laag onder in de hals (de plek waar de schildklier zich bevindt) te zien en te voelen is. De medische term voor een opgezette schildklier is struma. Bij de ziekte van Graves is het zwellen van de schildklier vaak gelijkmatig, dit wordt daarom een diffuus struma genoemd.
Een struma kan eveneens optreden bij overige aandoeningen aan de e schildklier en is dan dikwijls niet diffuus (er is dan sprake van knobbels of nodulen, dat zijn plaatselijke verdikkingen van het schildklierweefsel welke overmatig schildklierhormoon aanmaken). De ziekte van Graves kan trouwens eveneens optreden bij patiënten zonder een zichtbaar struma.
In het beginstadium van een te snel werkende schildklier kunnen de symptomen duidelijk aanwezig zijn maar dit verschilt per persoon. Soms heeft men een te snelle polsslag, (ruim 80 hartslagen per minuut in rust tot soms wel 140 hartslagen per minuut). Dit wordt ook wel een schildklierstorm genoemd.
Overige klachten zijn erg veel transpireren, last van de warmte, trillen, hartkloppingen, kortademigheid bij inspanning, veel eten maar wel afvallen (of tenminste niet aankomen), warme en vochtige bevende handen en vingers, struma, onrust gevoel, nervositeit, gejaagd, overactief ondanks de vermoeidheid, geringe menstruatie die zelfs weg kan blijven en diarree.
Bij een te traag werkende schildklier zal men in de regel het tegenovergestelde patroon van symptomen en van klachten te zien krijgen.