Het klimaat in Afrika behoort nagenoeg helemaal tot de tropen, uitgezonderd het uiterste noorden en zuiden van het werelddeel, waar een subtropisch klimaat heerst. Met een gemiddelde jaartemperatuur van ruim 28 graden Celsius is Afrika het meest tropische continent.
In het noorden heerst een Middellandse zeeklimaat (oftewel subtropisch klimaat). ‘s Zomers is het droog en heet en ‘s winters is koel en vochtig. Middellandse zeeklimaat geeft aan dat de Middellandse zee het klimaat erg beïnvloed. In het noordwesten valt de grootste hoeveelheid neerslag, jaarlijks circa 1500 millimeter terwijl naar het zuidoosten de neerslag afneemt.
Het steppeklimaat ligt zuidelijk van het subtropisch klimaat. Het steppeklimaat vormt een soort overgang tussen het subtropisch- en het woestijnklimaat. Er valt niet veel neerslag, jaarlijks tussen de 600 en 300 millimeter. Heel het jaar is het heet en de regentijd duurt slechts zeer kort.
Het leeuwendeel van het noorden van Afrika bestaat uit woestijn (Sahara). Gemiddeld valt er jaarlijks minder dan 300 millimeter neerslag. De temperaturen zijn overdag extreem hoog en ‘s nachts erg laag. De dag- en nachttemperatuur kan soms wel 30 graden Celsius uiteenlopen.
In het savannegebied valt meer neerslag dan in het woestijn- en het steppeklimaat, jaarlijks circa 600 tot 1200 millimeter. De regentijd duurt er een half jaar. Het gebied waarin dit klimaat heerst is tamelijk bergachtig. Op enkele bergen is eeuwige sneeuw waarneembaar. De verschillen tussen de diverse jaargetijden zijn er groot.
Het gebied rond de evenaar kent een equatoriaal klimaat waar de meeste neerslag valt, jaarlijks gemiddeld 2500 millimeter