In eerste instantie is de behandeling van hartfalen gericht op het achterhalen en het behandelen van de onderliggende oorzaak. Oorzaken kunnen onder andere een klepvernauwing, een kleplekkage of ernstig coronairlijden zijn.
Wanneer er sprake is van een vermindering in spierkracht van het hart dan bestaat de behandeling met medicatie uit de volgende medicijnen:
• Bčtablokkers:die de hartfrequentie verlagen. Dit zijn de enige bčtablokkers waarvan een gunstig effect aangetoond is op de lange termijn.
• ACE-remmers en ARB’s: deze doorbreken de compensatie mechanismen die het hartfalen kunnen verergeren. ACE-remmers en ARB’s zijn globaal gezien even effectief. Er zijn aanwijzingen gevonden dat het toevoegen van een ARB aan de bestaande medicatie een positieve effect kan geven. Voor ARB’s geldt dat ‘deze een alternatief kunnen zijn voor patiënten die ACE-remmers niet goed kunnen verdragen.
Hiernaast dient men de volgende medicijnen eveneens in overweging te nemen:
• Cournarines verminderen de kans op de vorming van stolsels in het hart dat reeds is aangetast.
• Diuretica (plaspillen): deze bevorderen de uitdrijving van vocht door de nieren. De oedemen zullen hierdoor afnemen. Deze worden dus enkel toegediend op het moment dat deze aanwezig zijn.
• Digoxine:. de laatste stap in de behandeling met behulp van medicatie. Aan dit middel zou worden toegeschreven dat het de contractiekracht van het hart kan verbeteren.
Wanneer er, ondanks optimale het gebruik van medicatie nog steeds sprake is van hartfalen in klasse III of IV van de NYHA classificatie dan kan men het gebruik van een biverticulaire pacemaker in overweging nemen..