Alle processen op aarde maken gebruik van of leveren zelf een bepaalde vorm van energie. Dit geldt niet alleen voor machines maar eveneens voor levende wezens en planten. Levende organismen bijvoorbeeld zetten energie in om processen aan de gang te kunnen houden welke zorgen voor dat ze in leven blijven. Mechanismen daarentegen hebben juist energie nodig om te kunnen werken.
Door diverse processen in zowel levende wezens en planten als mechanische apparaten en toestellen kunnen ook diverse soorten energie op worden gewekt. Dit kan gebeuren door het optreden van verschillende chemische reacties maar is tevens mogelijk door onder andere beweging, wrijving of het verhogen van de druk.
In de regel mag men stellen dat er geen leven mogelijk is op aarde op het moment dat er geen energiebron aanwezig is. Allereerst dient de zon als meest belangrijke energiebron omdat de aarde hierdoor energie krijt geleverd in de vorm van warmte waardoor bepaalde organismen zich hebben ontwikkeld. Later ging de mens zelf opzoek naar andere bronnen van energie en kwam weldra in aanraking met wind- en waterkracht als bruikbare energiebron.
Men gebruikte de wind om zeilschepen voort te stuwen, molens te doen draaien en op die manier energie op te wekken om bepaalde werkzaamheden uit te kunnen voeren zonder dat er mankracht aan te pas diende te komen. Zelfs de kracht van stromend water werd al snel ontdekt als bron van energie en door de mens in gebruik genomen. Energie kan eveneens worden verkregen door (fossiele) brandstoffen of hout te verbranden.