De stad Praag heeft een zogenaamd overgangsklimaat van een zee- naar een landklimaat. De gemiddelde temperatuur in een jaar bedraagt 7,9 graden Celsius. Terwijl de gemiddelde temperatuur in januari op 2,4 graden Celsius onder nul ligt en de gemiddelde temperatuur op 17,5 graden Celsius uitkomt. De gemiddelde neerslag per jaar is 525,9 millimeter. Waar dan tegenover staat dat er per jaar gemiddeld 1668,3 uur de zon schijnt in de Tsjechische hoofdstad. Van dit aantal zonuren neemt de maand juli er 226,7 uur voor zijn rekening.
Uit vrij recente metingen is gebleken dat de gemiddelde temperaturen in de jaren 1991 tot 2005 circa één graad hoger liggen dan in de decennia hiervoor. Het gemiddelde neerslagtotaal echter de laatste jaren ongeveer 30 millimeter lager komen te liggen dan in de periode tot het jaar 1990. Kortom: de temperatuur in Praag is langzaam aan het stijgen terwijl de neerslag in de stad beetje bij beetje afneemt.
Al sinds het jaar 1775 wordt het weer in Praag vastgelegd. De laagste temperatuur die er ooit gemeten is 27,6 graden Celsius onder het vriespunt en wel op 1 maart 1785, de hoogste temperatuur ooit in de stad gemeten bedraagt 37,8 graden Celsius op 27 juli 1983. Met een gemiddelde temperatuur van 7,2 graden Celsius kunnen de jaren 1838 en 1871 als koudste jaren aan worden gemerkt, het warmste jaar ooit was 2000 met 12,2 graden Celsius gemiddeld. Het natste jaar in Praag was 1939 met 745,5 millimeter neerslag en het droogste jaar 1842 met 255,3 millimeter.