Bij een kleine longembolie zijn er weinig of geen symptomen te zien, deze wordt dan ook vaak over het hoofd gezien, niet alleen bij degene die er een heeft of heeft gehad maar ook artsen missen de diagnose vaak. De reden is dat een kleine longembolie meestal uit zichzelf zal herstellen. Bij grotere longembolieën is de diagnose vaak gemakkelijker te stellen. De patiënt krijgt opeens last van een prikkelhoest, bij het ophoesten kunnen er kleine beetjes bloed bij het slijm zitten. De ademhaling gaat snel en oppervlakkig, dit wordt mede veroorzaakt door de pijn op de borst die ontstaat. Men krijgt het benauwd en de hartslag gaat omhoog in sommige gevallen in combinatie met temperatuursverhoging.
De patiënt wordt ontzettend moe en het inspanningsvermogen wordt zichtbaar minder. De klachten die de patiënt krijgt worden veroorzaakt door de hoge bloeddruk in de slagaderen. Een ECG geeft vaak de aanwijzing dat er minder bloedgassen aanwezig zijn, de rechter harthelft wordt overbelast en de patiënt krijgt last van hyperventilatie. De hyperventilatie is een reactie van het lichaam om het zuurstof tekort aan te vullen.
Bij het zien van deze verschijnselen zal er een CT-scan met contrast gemaakt worden. Op de CT-scan komt de longembolie duidelijk als een grijze vlek in beeld. Als bij het onderzoek blijkt dat er sprake is van afbraak van het bloedstolsel dan is een behandeling niet meer nodig. Een longembolie kan terugkomen. Bewegen, gezonde voeding en stoppen met roken kunnen een longembolie helpen voorkomen.