De stad Tel Aviv heeft als koosnaam de stad die nooit stopt. De reputatie als feesthoofdstad van Israël, is tot ver over de grenzen van het land bekend. Het uitgaansleven in de stad wordt allereerst bepaald door de enorme clubscène, de talloze cafés en pubs. Zelfs op een dag door de week kan men er zonder problemen tot laat in de nacht uitgaan. In de weekends barst het feest er echter pas helemaal los. Van de Sabbat, de heilige Joodse rustdag, zal men in het uitgaansleven van Tel Aviv niet veel kunnen merken.
In de clubs van Tel Aviv treden dikwijls internationaal bekende dj’s op. De meest bekende buurt voor nachtclubs en bars is Allenby Street, waar men op een relatief klein oppervlak maar liefst 20 nachtclubs kan bezoeken. Voor de rest liggen de clubs en bars verspreid over heel de stad Tel Aviv. Te vroeg naar de clubs gaan, dus voor twee uur ’s nachts, betekent dat er nog niet veel te doen zal zijn. Het piekuur ligt pas rond 4 uur in de morgen. Clubs komen steeds sneller in het straatbeeld van Tel Aviv maar zijn ook even snel weer verdwenen.
Tel Aviv wordt eveneens beschouwd als de culturele hoofdstad van Israël. Op het gebied van de podiumkunsten staat de stad aan de top. Van de 35 culturele centra die Israël rijk is, liggen er 18 in de stad Tel Aviv. Voorname centra zijn het Tel Aviv Performing Arts Center, het Habima Theater en het Enav Cultural Center.