Aarsmaden bevinden zich in het onderste deel van de dikke darm evenals in de blinde darm van de mens. Deze wormen leven circa acht weken en hebben een kenmerkende kommavorm. Deze diertjes leggen hun eitjes op de huid rond de anus van hun gastheer (of gastvrouw). De aanwezigheid van de eitjes van de aarsmaden leidt tot een gevoel van jeuk en is men geneigd te krabben. Door echter op deze plaats te gaan krabben worden de eitjes van de aarsmaden in een groot deel van de gevallen verder verspreid.
Buiten het lichaam kunnen de eitjes van deze wormen tamelijk lang in leven blijven zodat ze door aanraking van onder andere meubels, speelgoed of kleding aan de vingers of in voedsel terecht kunnen komen om een andere persoon te besmetten. Verder kan men op deze wijze eveneens zichzelf opnieuw gaan besmetten. De eitjes van de aarsmaden komen uit in de twaalfvingerige darm van de nieuwe gastheer waarna de larven vervolgens nog verder in het darmkanaal af zullen zakken en op deze manier de cirkel weer rond maken.
Met name kleine kinderen stoppen vaak hun vingers, speelgoed of andere objecten in hun mond. Op het moment dat een dergelijk object eitjes van de aarsmaden bevat is de kans groot dat er larven uit gaan komen in de twaalfvingerige darm van het kind en dat dus aarswormen gaan groeien in het darmkanaal met alle gevolgen van dien. Men kan eenvoudig herkennen dat een kind aarsmaden heeft doordat het vaak aan zijn billen krabt.