Kinderen komen al op jonge leeftijd voor de eerste keuze te staan, wat wil ik later worden en naar welke school voor vervolgonderwijs moet ik toe om de juiste basis te leggen. Op de basisschool worden de keuzes voor studie vaak nog beperkt door de CITO en het advies van de school. De brugklas is de eerste klas waarin je met verschillende soorten onderwijs en opleidingen geconfronteerd wordt, na de brugklas moet de richting gekozen worden die men wil gaan. Deze eerste studiekeuzetest biedt nog verschillende mogelijkheden binnen bepaalde beroepen. Je kunt kiezen voor bijvoorbeeld een modeopleiding, verzorging of misschien wil je wel eens iets in het onderwijs gaan doen.
De serieuze studiekeuzetest komt tegen het einde van het voorgezet onderwijs. Wil je verder gaan studeren dan zul je nu als jong volwassene een richting moeten kiezen. Als eerste wordt gekeken wat haalbaar is naar aanleiding van je leerprestaties. Je zult een beroepskeuze moeten maken om te weten welke opleiding je moet volgen om je doel te bereiken. Bestaan er verschillende richtingen binnen de opleiding dan hoeft de keuze niet meteen al vast te liggen. Op veel scholen worden de studiekeuzetesten uitgevoerd tijdens het mentoruur. Ook kan men een studiekeuzetest doen bij een studie begeleidingscentrum. Op universiteiten kan men voor de inschrijving een studiekeuzetest uitvoeren. Ook op het internet kan men zelfstandig een studiekeuzetest afleggen. De studiekeuzetesten zijn vooral in het leven geroepen om studenten te behoeden voor een richting die achteraf gezien een verkeerde keuze bleek te zijn.