Op het moment dat een vrouw te horen heeft gekregen dat zij binnen negen maanden een kindje op de wereld zal zetten dan leeft ze eerst een poosje op een roze wolk. Toch zal er een moment komen dat zij ook haar werkgever in dient te lichten over haar zwangerschap en tevens moet ze dan ook al zwangerschapsverlof aan gaan vragen.
De commissie vrouwenrechten in het Europees Parlement wil het zwangerschapsverlof voor de vrouwen in Europa naar 20 weken brengen. Na een reeds uitgevoerde stemming bleek meerderheid van de leden van het Europarlement voorgestemd te hebben. Bovenal zouden vrouwen, als de plannen door gaan, een volledig salaris uitbetaald krijgen. Voor Belgische moeders zou dit alles een flinke verbetering betekenen, aangezien men vandaag de dag in België recht heeft op slechts 15 weken bevallingsverlof. Waarbij men in deze periode maar mag rekenen op een bepaald percentage van het salaris.
In de meeste gevallen nemen vrouwen enkele weken voor hun uitgerekende datum al een deel van hun zwangerschapsverlof op. Op die manier kunnen ze de laatste voorbereidingen treffen voor de komst van hun kindje en bovendien zichzelf voorbereiden op de aanstaande bevalling en het moederschap. Na de geboorte van de baby zal men dan de rest van het zwangerschap opnemen. Men kan dan bijkomen van de bevalling en met volle teugen van de kersverse baby genieten.
Het zwangerschapsverlof kan alleen dan verlengd worden op medische gronden. Bijvoorbeeld op het moment dat de vrouw te maken heeft of heeft gehad met ernstige complicaties tijdens of na de zwangerschap of bevalling. Hierbij kan men bijvoorbeeld denken aan een bekkeninstabiliteit die de nodige behandeling behoeft. De meeste vrouwen zijn echter na gemiddeld drie maanden na de bevalling weer geheel of gedeeltelijk aan het werk gegaan. Uitgezonderd natuurlijk de vrouwen die (tijdelijk) gestopt zijn met werken.